‘The show must go on’
Met zo’n 700.000 bezoekers per jaar is een schoonmaakbedrijf bepaald geen luxe. Het AFAS Circustheater stelt daarom alles in het werk om de fraaie 8 uit het gasttevredenheidsonderzoek te continueren. ‘En ook al meten we schoonmaak niet apart, we weten dat het een heel belangrijk onderdeel van de pandbeleving is’, zegt Martijn Witte, hoofd facilitaire zaken van zowel het AFAS Circustheater in Den Haag als het Beatrix Theater in Utrecht.
Schoonmaken op een locatie als het AFAS Circustheater: business as usual is anders, constateert ook Martijn. Niet alleen omdat de gasttevredenheid er tot grote hoogte is opgeschroefd. ‘Soms hebben we maar minimale tijd om de zaal tussen twee voorstellingen schoon te maken. Dan is het hooguit drie kwartier, een uur. In dat geval accepteren we het dat de kwaliteit van de schoonmaak voor een keer maar ietsje minder is. Want the show must go on, letterlijk.’
Op te ruimen valt er genoeg, na een show. ‘Plastic, papier, karton en overvolle prullenbakken. We proberen onze gasten voor de voorstelling graag zoveel mogelijk te voorzien van drankjes en etenswaren. Daar slagen we aardig in, maar de consequentie is dat je het na afloop allemaal tegenkomt in de zaal. Nee, de gasten opvoeden is lastig. Mensen zijn een avondje uit, ze komen voor die leuke voorstelling. Ze willen even niet hoeven nadenken over andere dingen. Het liefst zouden we zien dat ze het afval netjes mee naar huis nemen. Het heeft heel erg te maken met gedrag. En dat is lastig te veranderen.’
Resultaatgericht werken
Gom Hospitality staat paraat. Elke dag maakt een vast team van zeven personen het AFAS Circustheater in Scheveningen schoon. ‘En daar zijn we heel tevreden over. Dat komt ook doordat sommige medewerkers van Gom Hospitality hier al twintig jaar lopen. Die kennen het gebouw van binnen en van buiten. En beter dan ik. Daarom zijn we ook resultaatgericht gaan werken. Gom weet precies waar de accenten moeten liggen. Geen vingertasten bijvoorbeeld - we hebben hier veel glaswerk. En hebben we een keer een voorstelling om elf uur ’s morgens, dan bepaalt Gom of ze ’s morgens om vijf uur beginnen of de zaal de avond ervoor nog schoonmaken.’ Overdag is er altijd één servicekracht namens Gom in het theater gestationeerd. Martijn: ‘Er wil weleens iemand spugend de zaal uit komen lopen. Vooraf te veel gegeten op de boulevard.’
Echt circus
Het AFAS Circustheater dateert uit 1904. Tot in de jaren zestig was het daadwerkelijk in gebruik voor circussen. Tegenwoordig is het een van de hotspots van Stage Entertainment, sinds de aankoop door theatertycoon Joop van den Ende in 1991. De kosten waren het niet: 1 gulden, met als voorwaarde dat hij het gebouw zou verbouwen tot theater. Iets wat meer dan gelukt is. Bekende musicals als The Phantom of the Opera, The Lion King en Ciske de Rat trokken honderdduizenden bezoekers.
De inzet van Gom Hospitality draagt bij aan de hoge score van gasten. ‘We laten eenmaal per jaar een gasttevredenheidsonderzoek uitvoeren. De score is zeer goed, gemiddeld zitten we op een acht. Dat is niet uitgesplitst, dus ook veiligheid en hoe het pand eruitziet tellen mee, maar schoonmaak is daar zeker een heel belangrijk onderdeel van. Iedere medewerker weet dat hospitality juist hier heel belangrijk is.’
Band met schoonmaakmedewerkers
Daar is zijn bijzondere aanpak van schoonmaakmedewerkers ook debet aan, realiseert Martijn. ‘Ik behandel hen als eigen medewerkers. Zij krijgen van ons óók een kerstpakket, ze krijgen óók kaartjes voor voorstellingen. Dat vinden wij prettig, dat vinden zij prettig. We proberen echt om een band met schoonmaakmedewerkers te krijgen. Het is niet de insteek dat we het personeel elk jaar willen vervangen. Dat is ook de reden dat sommigen het hier al zo lang uithouden. Iedereen ken ik bij naam, iedereen spreek ik ook aan. Al loopt het meeste via voorman Abdel Sahraoui die alles regelt en mij veel werk uit handen neemt.’
Leven er nog wensen bij een kritische opdrachtgever als het AFAS Circustheater? Martijn aarzelt even. ‘Het gaat goed, dus laten we vooral blijven optimaliseren, zodat we het verschil kunnen blijven maken. Waar ik wel heel geïnteresseerd naar kijk, is naar de combinatie van mens en machine. Als een robot een deel van het schoonmaakwerk kan overnemen, heeft die medewerker meer tijd voor de finishing touch. Een spiegel extra schoonmaken, een chromen rand poetsen. Maar in een zaal als deze is een robot niet handig.’
‘Flexibel zijn’
Ook het schoonmaakpersoneel is tevreden, leert een telefoontje met voorman Abdel Sahraoui. ‘We hebben heel goede contacten met Martijn. Is er iets of is er een keer spoed, dan is het een belletje naar mij en het wordt geregeld. Of hij stuurt mij een e-mail. Het is er ook plezierig werken: een mooi gebouw op een mooie locatie. Maar vies worden doet het toch. Er komt weliswaar een volwassen publiek, maar je weet niet half hoeveel rommel mensen na afloop achterlaten. Tijd om goed schoon te maken is weleens beperkt. Als schoonmaakbedrijf moet je daarom heel flexibel zijn.’